Verse worstenbroodjes vind je bij de (Brabantse) Echte Bakkers. Iedere bakker heeft zijn eigen receptuur, waarbij de basis gelijk is. Het begint met de worst; deze moet vers en van goede kwaliteit gehakt zijn. Veel Echte Bakkers halen de worst dan ook bij de lokale slager. Hierbij is de kruiding die de worst op smaak brengt belangrijk. Daarna voegt De Echte Bakker uiteraard heerlijk brood toe om zo tot een topkwaliteit worstenbroodje te komen. Naast het gangbare worstenbroodje zie je steeds vaker een pittige en een vegetarische variant. Heerlijk om mee te variëren. Voor bij het ontbijt, de lunch, als tussendoortje of als borrelhap; het lekkerste worstenbrood vind je bij De Echte Bakker.
Bij een Echte Bakker uit Zeeland kan natuurlijk de Zeeuwse bolus niet ontbreken. Honderden van deze zoete lekkernij met basterdsuiker en kaneel worden wekelijks verkocht bij onze Zeeuwse bakkers. Of je nu van een bolus met room, ofwel een gevulde bolus, houdt of wanneer je er liever thuis nog roomboter opsmeert, bij De Echte Bakker in Zeeland zit je gebakken.
Gelukkig voor de overige provincies overstijgt de populariteit van de bolus de Zeeuwse grens. De bolus zie je dan ook bij veel Echte Bakkers door heel Nederland in het assortiment. Hoe mooi is het dat de Echte Bakkers kennis en kunde delen? De ‘echte’ specialisten helpen hun collega Echte Bakkers de bolus te perfectioneren. Al blijft een regionale specialiteit altijd het lekkerste in de eigen regio, vooralsnog ben je bij de Echte Bakker altijd verzekerd van een heerlijke bolus.
Is er een kindje geboren? Volgens Twentse traditie haal je een krentenwegge bij de geboorte van een kind. Gelukkig staan de Twentse Echte Bakkers ze heel het jaar door te bakken, dus ook wanneer er niet iets te vieren is kun je genieten van een Twentse krentenwegge. De beste krentenwegge vind je bij de Twentse Echte Bakkers.
Een echte Limburgse vlaai heeft een platte deegbodem. Het deeg van een vlaai is luchtiger en lijkt wat meer op brooddeeg, terwijl die van een taart juist wat meer op het deeg van koek lijkt. Voor de vulling van vlaai wordt meestal rijst of fruit gebruikt. Dit uitgangspunt lijkt wellicht veel op een gemiddelde vlaai, maar niets is minder waar.
"Wij vinden als ambachtelijk bakkers dat er wildgroei is ontstaan in alles wat aangeboden wordt onder de naam Limburgse vlaai”, aldus Echte Bakker Marcel Roubroeks uit Sittard. Daarom heeft Marcel samen met collega bakkers het initiatief genomen om de Limburgse vlaai aan te dragen voor een geografische bescherming. De Limburgse vlaai heeft sinds 22 januari 2024 de Europese erkenning Beschermde Geografische Aanduiding (BGA). De BGA is onderdeel van een Europese verordening die bescherming biedt tegen namaak van streekproducten. In de voorwaarde staat aangeduid dat alleen vlaaien die volgens specifieke regels gebakken zijn in Nederlands of Belgisch Limburg zich een Limburgse vlaai mogen noemen. Deze vlaaien krijgen dan een Europees BGA-logo, zoals bijvoorbeeld Goudse kaas of balsamicoazijn uit Modena. De regels / criteria zijn:
• Een Limburgse vlaai moet gebakken zijn binnen Belgisch of Nederlands Limburg. • De diameter is minimum tien en maximaal 30 cm. • De bodem moet gemaakt zijn van gistdeeg, is maximaal 1 cm dik maar moet stevig genoeg zijn om als taartpunt uit de hand gegeten te kunnen worden. • Ongeacht de vulling moet de vlaai minstens 140 g en maximum 1400 g wegen. • Per 1 kg bloem bevat het deeg minimaal 300 g vetstof, 350 g vloeistof (melk of water), 50 g suiker, 30 g gist (of een equivalent in vloeibare/droge gist) en maximaal 20 g zout. Een ei kan optioneel toegevoegd worden. • Mogelijke vullingen zijn: fruit (geen ananas of aardbeien), rijst- of griesmeel, crème/pudding of suiker. De vullingen en toplaag worden steeds meegebakken met de taart. • De vlaai mag niet diepgevroren worden na het bakken, de fruitvulling wel.